Interview 01 homo-subcultuur in de grote stad
Getuige noemt zich een vrouw in een mannenlichaam. Ze groeide op bij wrede...
Tot op heden is er vooral belangstelling geweest voor homoseksuele verzetshelden en slachtoffers van het nazi-regime. Hoe de homoseksuele subcultuur er in de bezettingstijd precies uitzag, is lange tijd onderbelicht gebleven. In dit project vertellen tien mannen en vrouwen over hun uiteenlopende ervaringen in de homoseksuele subcultuur tijdens de Tweede Wereldoorlog. De interviews werpen licht op een aantal prangende vraagstukken: hadden homoseksuelen het tijdens de bezetting moeilijker of makkelijker dan de gemiddelde hetero? Werd het voor homo's moeilijker of makkelijker in vergelijking met de periode vlak voor en vlak na de oorlog?
Wettelijk werd de verdrukking van homoseksuelen tijdens de bezettingsjaren groter; de nieuwe verordening 81/40 verbood alle homoseksuele handelingen op straffe van maximaal 4 jaar gevangenisstraf. Toch komt uit de interviews naar voren dat in verschillende steden een levendige homosubcultuur bestond. Het aantal homobars in Amsterdam nam tijdens de Duitse bezetting zelfs toe. Ook de komst van jonge, Duitse soldaten heeft invloed gehad. Seksuele contacten en relaties met de bezetters kwamen ook voor onder homoseksuelen. Ontmoetingsplaatsen waren niet alleen duistere plekken als homobars en urinoirs, ook werden thuis feesten georganiseerd.
Een van de meest beruchte homofeesten was het Bal Masqué, dat in 1943 in Den Haag plaatsvond en waar de meeste aanwezigen in travestie verschenen. Over dit door de politie verstoorde feest werd uitvoerig geschreven in het blad Storm SS en ook in het politiearchief zijn er stukken over terug te vinden. Een zeer waardevolle bron vormen ook de getuigenissen van enkele geïnterviewden, die op het verstoorde Bal Masqué aanwezig waren.