Interview 01, A.J. Volmer, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 1299 fragmenten gevonden 00:16 Meneer Volmer, kunt u ons iets vertellen over uw jeugd 00:23 Ja, ik heb een hele mooie jeugd gehad maar een ander zag me liever gaan dan komen. 00:31 Want op school was het zo dat de hoofdonderwijzer haalde ons voor de klas en die zei, toen 00:37 wees hij mijn broertje aan: Hij is de beste van de klas, de beste van de school, zal het 00:44 ver schoppen. En toen ging hij mij aanwijzen: Maar dat kreng, als het aan mij ligt schop 00:51 ik hem van school af, maar ik heb medelijden met zijn ouders. En dat was mijn jeugd 00:58 Ik had alles, ik had een voetbalclub, ik had een ballenclub. Knikkeren deed ik graag. 01:04 Hele dozen knikkers stonden er. 01:06 En ik had zon kogel om te knikkeren dus ze konden mij raken, maar ik raakte 01:11 ze ook allemaal en als zij een cent knikkers bij me gehaald hadden, dan 01:16 kregen ze twintig in plaats van tien die je in de winkel kreeg voor een cent. 01:19 Die had ik zo weer terug verdiend. me spelen als mijn broertje meedeed, dan wouden ze wel. 01:23 Nou, en voor de rest, ik heb veel met dieren omgegaan. 01:30 Ik hield van beesten en ik hield ook van mensen hoor. 01:34 Een hoop zeggen er wel eens als je van dieren, ehh mensen 01:38 houdt, ehh mensen ehh hoe heet dat spreukje ook alweer. 01:40 Ben ik ook nog een keer in de war. 01:45 Ga je van dieren houden, maar ik hou ook van mensen al zijn ze nog zo slecht. 01:51 En dat nekt me wel eens, omdat ze denken bij hem kun je alles flikken. 01:56 Maar dan komen ze toch bedrogen uit, want ik wordt geholpen van boven.
Interview 07, Hendrik van 't Wout, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 1009 fragmenten gevonden 00:29 Kunt u uw naam zeggen, waar u bent geboren en wanneer u bent geboren 00:33 Mijn naam is Hendrik van t Wout. Ik ben geboren 24 Januari 1923 in Katwijk aan Zee 00:46 Katwijk aan Zee, u heeft gevaren. Waarom bent u gaan varen 00:53 Ik zat op de school, in de zevende klas zat ik met meester Siderius 01:01 En ik kon goed leren. Maar ja meester Siderius had tegen mij gezegd dat ik verder moest leren. 01:10 Dat heb ik tegen mijn ouders gezegd, maar die zeiden: Dat gaat niet, want wij hebben 01:15 acht kinderen en die moeten te eten hebben. Dus op een middag kwam ik thuis, en toen zei 01:23 mijn moeder: Je moet volgende week varen op de visserij. 'Daar ga ik niet op varen. 01:29 Ik moet niet op de visserij. 01:31 Heb ik geen zin in!' Maar ja, ik ging de volgende dag 01:35 weer naar school en toen heb ik verteld tegen de meester. 01:40 Hij zei: "Dat gebeurt niet, ik ga weer naar je ouders toe". 01:41 En hij is drie of vier keer geweest, maar ik moest varen. 01:47 En toen heb ik mijn eerste reis gemaakt in 1937 op de Vlaardingen 197 met schipper Arie van Roon. 01:55 Dat kan ik me nog goed herinneren, mijn eerste reis. Ik was elke dag zeeziek 02:01 Ik was echt elke dag zeeziek. Ik dacht ik red het niet, maar ik moest blijven varen 02:08 Wat waren uw werkzaamheden aan boord 02:12 Dat was reepschieten. Dat was de lijn die ik in de rondte moest opschieten. 02:17 En die mocht niet besnijden, maar als die netten van 02:20 boord af gingen, in zee gingen, dan ging die reep mee.
Interview 03, Abraham van Noord, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 1239 fragmenten gevonden 00:20 Meneer Van, nee wilt u uw naam zeggen en uw geboortedatum en plaats 00:25 Mijn volle naam luidt: mijn voornaam is Abraham, maar ik wordt Bram genoemd, Van Noord. 00:31 Ik ben geboren elf januari 1923. Dus ik ben 86 jaar 00:36 En waar bent u geboren 00:38 In Vlaardingen. Ja 00:39 Midden in Vlaardingen 00:42 In het oude gedeelte. Ja, ja. Ja, midden Vlaardingen is dat wel ja. Ja 00:49 En als ik aan Vlaardingen denk, denk ik aan visserij. Klopt dat 00:53 Dat klopt, want zo ben ik ook begonnen 00:57 Toen ik dertien jaar was toen ging ik naar de visserijschool en daar kreeg ik een 01:04 jaar opleiding, kennis van knopen, netten boeten, een beetje zeevaartkunde erbij. 01:12 En na een jaar kreeg ik een getuigschrift en toen ben ik gaan, in de visserij gaan varen 01:21 Op een haringlogger 01:22 Op een haringlogger ja. En dat begon meestal, dat begon dan in mei voer het scheep eruit. 01:29 Tot het einde van het jaar was afgelopen de haringvisserij en dan was er geen werk 01:39 En hoe ging dat, op haring vissen? Ging u dan s ochtends weg en kwam u s avonds terug 01:45 Nee, dat waren, meestal had je reizen van een week, maar ook van zes weken al naar gelang de vangst. 01:56 Als er weinig gevangen werd dan bleef je toch langer uit. 02:00 Je moest met het schip en haring thuis varen. Tenminste indien mogelijk 02:07 Maar ik heb reizen gemaakt van tien dagen, maar ook van zes weken
Interview 06, Berend van Bon, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 1158 fragmenten gevonden 00:15 Meneer van Bon u woont op Schiermonnikoog bent u ook hier geboren 00:20 Ik ben hier geboren, ja 00:20 En u heeft uw jeugd hier doorgebracht 00:22 Die heb ik hier doorgebracht, ja 00:24 Kunt u daar iets over vertellen, hoe het is om jong te zijn op Schier 00:32 Nou, ik zeg, ja ..van jongs af aan ik was meestal in 00:34 de duinen of dichtbij huis toen ik nog zeer jong was. 00:39 En toen ik een jaar of acht, negen of tien was toen begon ik, 00:43 zoals veel eilanderjongens, achter de konijnen aan te zitten 00:46 En hoe ging dat dan 00:49 Nou strikken zetten en met een geleende hond die, ja honden die liepen hier dan vrij rond. 00:58 En dan waren er bevriende honden en daar vingen we wel konijnen mee 01:04 Die honden waren daar ook op afgericht 01:06 Nee, die waren daar niet op afgericht, daar waren talenten bij, laat ik het zo zeggen. 01:13 En een ander seizoen dan gingen we in het voorjaar eieren zoeken. 01:18 Ja en we werden altijd achterna gezeten door jachtopzieners, ja 01:25 Want dat mocht niet: eieren zoeken 01:26 Nee, nou eieren zoeken mocht toen nog wel, soms was het verboden 01:30 Wat voor eieren zocht u 01:32 Nou kievitseieren, schooleksters, meeuweneieren later in mei, maar we werden
Interview 02, J.P. Tazelaar, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 852 fragmenten gevonden 00:15 We kunnen nu beginnen met filmen, en mijn eerste vraag 00:19 aan u is uw naam en waar en wanneer u bent geboren. 00:26 Ik heet Jacobus Pieter Tazelaar en ik ben geboren op 28 April 1920 in Haarlemmermeer. 00:39 Daar hoor je je tong op te breken, dat vertelde ik al aan mevrouw.. Als je 00:43 in Amerika het woord 'Haarlemmermeer' zei dan stonden ze te knipperen met 00:49 hun ogen.' Wilt u dat nog een keer zeggen?' En nog een keer en nog een keer. 00:53 En daar snapten ze niks van, hoe dat moest. 00:56 En ik moest dat opschrijven want anders snapten ze er niks van. 01:01 Maar dat ben ik dan. 01:02 En u heeft de marconistenopleiding gevolgd? 01:06 Ja, niet helemaal voltooid in Rotterdam, want ik zat in de 01:12 klas en toen stormde de leraar binnen en zei: "Tazelaar! 01:18 Pak je spullen, je moet vanavond varen!" Ik zeg:" Dat is quick!" Ja, want de 01:30 regering had gezegd alle schepen moeten radio hebben en die moesten als de 01:34 wiedeweer allemaal uitgerust worden met een zendertje met een toestelletje er op. 01:39 Maar er moest ook een mannetje bij. 01:42 En ze wisten dat er nog één, Tazelaar die in die 01:46 school zat, en hij zei tegen me je moet vanavond waren. 01:51 Dus wat gebeurt er, ik naar huis toe en (ik zei) ik moet vanavond varen. 01:55 Mijn vader riep moet dat zo gauw.
Interview 09, Herman A. Boekwijt, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 229 fragmenten gevonden 00:15 Waarom wilde u naar zee 00:20 Toen ik van de HBS afkwam heb ik gesolliciteerd om opgeleid te worden tot marineofficier in Den Helder. Dat was in 1938. Maar ik had geen marine achtergrond of familieleden bij de marine, en dat telde mee. Ze hadden maar twintig of dertig opleidingen voor marine officier. Dus ik viel niet binnen de termen. Ik werd niet aangenomen voor die opleiding van die cursus in Den Helder. Toen dacht ik dan ga ik een jaar varen bij de Koopvaardij 01:01 En dan probeer ik het nog eens een keer. Maar goed ik ging dus varen en de oorlog brak uit. En ik ben dus zes jaar op zee gebleven, dus ik heb helemaal geen gelegenheid meer gehad om bij de marine te solliciteren 01:18 Maar bent u direct gaan varen of heeft u eerst nog een opleiding gevolgd 01:23 Ja ik heb nog een opleiding van een jaar gehad in Amsterdam. Op de zeevaartschool daar, de Kweekschool voor de Zeevaart 01:29 En daar was u intern 01:30 Intern ja 01:32 En hoe was die opleiding, hoe zag die er uit 01:39 Je was intern, je sliep daar en je kreeg les daar. Enzovoort enzovoort. Je was geheel intern. Alleen het weekeind, zaterdag en zondag, en woensdagmiddag mocht je dus de poort uit en weer naar je eigen omgeving 02:03 Was het streng 02:05 Ja het was streng ja 02:09 En kunt u daar voorbeelden van geven 02:12 Nou er waren straffen voor allerlei dingen die niet mochten. Er mocht niet gerookt worden. Als je daar mee gesnapt werd kreeg je onmiddellijk zo veel dagen arrest. Dat betekent dus dat je op de woensdagmiddag of zaterdagmiddag op school moest blijven in plaats van dat je naar huis ging. Streng toezicht op je kleding en de manier waarop je je gedroeg. Het was echt alsof je al in dienst was bij het leger of bij de marine 02:50 Had je dan ook al een uniform aan 02:52 Wij hadden een uniform aan 02:54 En die moest je zelf onderhouden 02:59 Dat uniform onderhouden 03:00 Ja, naar de stomerij of zo 03:08 Dat weet ik eigenlijk niet meer. Ik geloof niet dat ik het ooit naar een stomerij heb in gestuurd dat jaar. Dan moest je wel een ongeluk gehad hebben met dat je ergens in een stoffige omgeving had gezeten of zo. Maar dat kan ik me niet herinneren 03:26 En dat was in 1938
Interview 08, Jan van Manen, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 303 fragmenten gevonden 00:21 Meneer van Manen, u heeft een groot deel van uw leven gevaren 00:25 Ja, zeker 00:26 Onder andere ook tijdens de oorlog 00:27 Ja, zeker 00:28 Kunt u ons vertellen hoe u daar toe bent gekomen om te gaan varen 00:34 ’s avonds in het bedrijf mochten werken. Zodoende hadden ze mij niet meer nodig 01:02 “Je moet naar de Holland-Amerika lijn gaan, misschien word je dan aangenomen. Noem mijn naam maar.” Ik naar de Holland-Amerika-Lijn gegaan en ik heb gemonsterd op de Nieuw- Amsterdam, als kommie voor 23 gulden in de maand 01:27 Als kommie 01:28 Als kommie 01:29 En wat betekende dat? Wat moest u doen 01:31 Kommie dat was dus een hulp van een kelner. Een chef de rang was dus een kelner en zijn assistent was een kommie, die moest het eten halen uit de keuken en boven brengen. En in het begin serveren 01:47 En was u de eerste uit de familie die ging varen 01:50 Ja, kennelijk wel 01:53 Want? U vader deed iets heel anders 01:57 Mijn vader deed iets anders. Hij was hoofdvertegenwoordiger bij een sigarettenautomaten maatschappij in Den Haag 02:05 En u wilde hem niet opvolgen of hetzelfde werk gaan doen 02:08 Nee, ik werkte in het restaurant en daar had ik het erg naar mijn zin 02:12 Ja en toen naar de HAL 02:16 En toen bij de HA 02:16 En hoe voelde dat het zeegat uit
Interview 05, J.C. van Eenennaam, Verplicht varen voor Koningin en Vaderland Krijgsverrichtingen 536 fragmenten gevonden 00:18 U heeft uw hele leven gerookt 00:20 è. Dan wordt je zenuwachtig en ga je roken 00:46 En toen is het nooit meer gestopt 00:48 Nee 00:49 Ook niet na de oorlog 00:51 Oh nee. Nee nee. Ik ben wel gestopt met zware shag, maar [lacht] 00:57 En wat deden mannen aan boord nog meer om hun zenuwen in bedwang te houden 01:02 Meestal roken 01:03 Meestal roken 01:04 Ja, wat kan je anders doen 01:07 Drinken 01:07 è 01:11 Nee 01:12 …?). Maar aan boord dat kan je niet doen 01:21 Waarom niet 01:22 Nee. Nee, dat is niet mogelijk 01:25 Maar waarom niet 01:32 Nou ja, als je half onder invloed bent en er gaat een alarmbel, ja, dan ben je niet volledig beschikbaar 01:40 Nee goed. Ja 01:41 Nee, dat kon je niet doen. Ja, we dronken wel en borreltje voor het eten ofzo, maar echt om ons half lijp te.. nee, dat was er niet bij