Interview 01 (deel 2), Vrouwen van de CPN
Tweede deel van interview 01. Mevrouw (geboren 1927) komt uit een a-politiek...
Mevrouw (geboren in 1927) komt uit een a-politiek arm boerengezin en moet als 12-jarige gaan werken. Ze ontmoet haar echtgenoot, die uit een politiek bewust gezin komt, tijdens de tweede wereldoorlog. Hij wordt lid van de Communistische Partij Nederland (CPN) en actief in het verzet. Na de oorlog gaat hij twee jaar naar Nederlands-Indië. In 1949 trouwen ze.
Mevrouw wordt ook lid van de CPN. Ze raakt betrokken bij het Algemeen Nederlands Jeugd Verbond (ANJV) en later ook bij de Eenheids Vakcentrale (EVC) en de Nederlandse Vrouwen Beweging (NVB). Ze bezoekt CPN-avonden met sprekers, film of toneel en is zelf actief bij een theatergroep. Haar man is metaalarbeider en wordt vanwege zijn politieke overtuiging vaak voor zijn werk naar het buitenland gezonden. Zorg voor huishouden en gezin komen vooral op de schouders van mevrouw terecht.
Vanwege hun politieke activiteiten zijn ze meermalen bedreigd en in de gaten gehouden door de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). De echtgenoot van mevrouw wordt door de partij bekritiseerd en beschuldigd van 'Beria-praktijken'. Voor het echtpaar blijft onduidelijk waarom. Tijdens de jaren tachtig zijn beide actief bij het Drachtster Anti-Fascisme Komitee (DAFK). De echtgenoot wordt bedreigd door de Vikingjeugd. Omdat de politie weinig met deze zaak doet, wordt door het DAFK het Dossier Drachten aangelegd.