menu

Interview 13, Molukse perspectief

Project:

Het Molukse perspectief in oorlogstijd
Realisatie project:
Museum Maluku (c), Habiboe, drs.R.R.F.
Tijdsbestek:
1937-1951
Locatie:
Padang, Padang Panjang, Andalas, Medan, Jakarta, Malang, Makassar, Java, Sumatra, Sulawesi
Toegang:
Dit interview is niet direct beschikbaar. Voor de toegang tot het interview gelden beperkende voorwaarden.
Meer projectdetails
Dit interview is niet openbaar beschikbaar. Toegang tot het interview kunt u aanvragen bij DANSKNAW via de volgende link

U kunt hier naar fragmenten zoeken

Geïnterviewde 13 is geboren in 1926 in Lameulo (Aceh, Sumatra). Haar vader is KNIL-militair en het gezin komt terecht in verschillende plaatsen in Sumatra en Java. In 1937 bezoekt het gezin Ambon en het dorp Oma (Haruku) als vader met verlof gaat. Als de oorlog uitbreekt woont het gezin in Padang. Het gezin wordt door de Japanners overgebracht naar het Gloegoer-kamp in Medan. Na enkele maanden worden zij vrij gelaten en keren terug in Padang, Andalas. Daar maakt haar vader en andere Molukkers deel uit van de lokale verzetsgroep Sapu Tangan Merah (Rode Zakdoek). Het gezin verhuist hierna naar Gaon in de buurt van Emmahaven. Daar blijft haar vader druk bezig met allerlei activiteiten. Geïnterviewde is getuige van het onder geweld wegvoeren van een groep mannen door Japanse militairen op een vrachtwagen. Na een inval van hun huis door Japanse militairen in 1942 of 1943 wordt een portret van koningin Wilhelmina en een rood-wit-blauwe vlag gevonden. Haar vader opgepakt door de Kenpeitai. Jet gezin verhuist naar Simpang Haru. Het gezin verhuist naar Malang (Java) waar zij aanvankelijk bij familie van haar moeder in Kedaon wonen. Enkele maanden later moeten zij verhuizen naar de wijk Temanggunan die dienst doet als gevengenkamp en waar ook veel andere Ambonezen worden vastgehouden. Daar wordt iedere morgen appel gehouden en moeten de Japanse militairen in het passeren worden begroet op Japanse wijze op straffe van een pak slaag.
Direct na de Japanse capitulatie moeten zij uit het kamp vluchten, omdat Indonesische nationalisten het kamp willen afbranden. Het gezin leeft in een vijandige omgeving. Onder invloed van het Indonesische nationalisme mag er geen Nederlands meer gesproken worden, alleen maar Maleis. Als de Nederlanders weer terugkomen, leert zij haar huidige echtgenoot kennen en trouwt hem in 1948 , een Molukse KNIL-militair. Zij verhuizen hierna naar Makassar (Celebes, Sulawesi)
Zij heeft haar vader nooit meer teruggezien. Hoewel zij vanaf destijds tot later steeds op zoek is geweest naar informatie, weet zij uitendelijk niets over het verdere lot van haar vader. Geïnterviewde heeft tot op heden geestelijke last door haar ervaringen tijdens de oorlog in Indie.

Andere interviews over Het Molukse perspectief in oorlogstijd