Interview 01, Cornelis Willemsen, oud-gevangenen van kamp Buchenwald
De heer Willemsen vertelt dat hij in 1943 werd opgeroepen voor een cursus en...
De heer Van Raay vertelt dat hij al voor het uitbreken van de oorlog anti-Duits was. Hij werkte toen als knecht bij een bakker in Didam. Na -5- 1940 ging hij op verzoek van zijn ouders bij een bakker in Doetinchem werken. Daar kreeg hij onenigheid met een nieuwe collega die pro-Duits was en nam Van Raay zijn ontslag. Hij kon terecht als postbesteller bij de PTT. Na drie maanden werd hij ontslagen, omdat hij weigerde de redevoeringen van Hitler te bezorgen. Intussen pleegde hij met vrienden klein verzet. Hij geeft hiervan een paar voorbeelden. Aangezien de kans dat hij zou worden opgepakt steeds groter werd, dook hij onder. Dit ging goed tot een razzia in februari 1944. Hij werd meegenomen naar de Koepelgevangenis in Arnhem en daar door de SD verhoord. Twee weken later werd hij naar kamp Amersfoort gestuurd. Hij vertelt over de nare dingen die hij er zag en meemaakte. Door een klap met een knuppel scheurde er zijn nierbekken. Medio april 1944 werd hij op transport gesteld naar Buchenwald. Na een week te hebben gewerkt in de Steinbruch zakte hij in elkaar en hij werd opgenomen in de ziekenbarak. Daar stopte hij sokken en verstelde kleding. Hij bleef er tot december. In februari 1945 ging hij op transport naar de bruinkoolmijn bij de Siebel Flugzeugwerke. Tijdens een luchtalarm, omstreeks 12 april 1945, wist hij met drie anderen te ontkomen. Ze gingen te voet richting Kassel, confisqueerden een auto en reden verder totdat ze een MP tegenkwamen. Ze moesten de auto achterlaten, en gingen, na een kort verblijf in een opvangkamp bij Dora te voet verder. Met een Amerikaanse colonne reisden ze naar Luik. Van daaruit ging het per bus naar Anderlecht en Breda. Vanaf daar konden ze naar Doetinchem meerijden met een Canadese jeep. Eenmaal thuis ging hij weer aan het werk, wel moest hij nog een keer in het ziekenhuis worden opgenomen vanwege de verwonding aan zijn nierbekken.