menu

Interview 03

Project:

NSB'ers in Westerbork
Realisatie project:
Herinneringscentrum Kamp Westerbork
Locatie:
Nederland, Drenthe
Toegang:
Dit interview is niet direct beschikbaar. Voor de toegang tot het interview gelden beperkende voorwaarden.
Meer projectdetails
Dit interview is niet openbaar beschikbaar. Toegang tot het interview kunt u aanvragen bij DANSKNAW via de volgende link

U kunt hier naar fragmenten zoeken

K. werd geboren op 6 december 1945 in het interneringskamp Westerbork. Zijn moeder is in die tijd ongehuwd en hij kent alleen de familie van zijn moeders kant. Zijn grootvader sloot zich om overwegend economische redenen al vroeg aan bij de NSB. Hij werd uiteindelijk landwachter. Zijn kinderen kozen uit loyaliteit ook voor de NSB. De moeder van de geïnterviewde was bijzonder fanatiek.
In oktober 1944 kwam de grootvader van K. om het leven wanneer hij ’s nachts tijdens een patrouilledienst een aantal jongens van het verzet probeerde aan te houden en tijdens een schotenwisseling werd neergeschoten. Zijn grootmoeder was een jaar eerder overleden. Moeder werd als oudste verantwoordelijk voor het gezin. Thuis kwamen er allerlei mensen van de SD en Landwacht over de vloer en moeder heeft met verschillende een relatie.
Op 13 april 1945 werd Drenthe bevrijd en moeder werd op dezelfde dag opgepakt. Aanvankelijk werd ze geïnterneerd in een school in Klazinaveen. Via allerlei kleine kampen kwam ze uiteindelijk in Westerbork terecht. Hier is de geïnterviewde geboren. Moeder zat in totaal tweeënhalf jaar gevangen.
In Westerbork is gebrek aan voedsel, medicamenten en zorg. Zeker aan kinderverzorging ontbreekt het nodige. K. was een tijdje ernstig ziek, maar kwam er weer bovenop. Na ontslag uit Westerbork werd hij bij een tante in Coevorden ondergebracht. Moeder vertrok naar Haarlem om een woning en werk te zoeken. Toen K. weer werd opgehaald door zijn moeder herkende hij haar niet meer. Als hij zes is ontmoette moeder een man, meneer S., waar ze later mee trouwde. Hij werd zijn pleegvader. Deze man is ook lid geweest van de NSB en heeft een heel oorlogsverleden.
Pas nadat K. zelf kinderen kreeg, begon hij een zoektocht naar zijn biologische vader. Zijn moeder heeft hier nooit iets over verteld en is in eerste instantie ook niet van plan om het ooit te vertellen. Uiteindelijk kreeg hij haar zover. Het zou gaan om S., geëxecuteerd op 16 november 1949. Wanneer K. in dossiers gaat zoeken, ontdekte hij dat hij een halfbroer had. Hij schreef hem een brief. Er vond een ontmoeting plaats. Wanneer hij echter na een herseninfarct van zijn moeder contact kreeg met haar jongere zus, vertelde zij dat hij ernaast zit. Ze wilde hem echter niet vertellen wie dan wel zijn vader is. Met wat trucjes kreeg K. toestemming om het dossier van zijn moeder in te kijken en daar las hij de naam J. K., een schippersjongen uit Groningen. Maar zijn tante zei dat dit gelogen is en na overleg met haar jongere broer T. besloten ze hem te vertellen wie daadwerkelijk zijn vader was, onder restrictie dat hij dit nooit aan zijn moeder zou laten weten. Zij vertelden hem dat zijn vader, F., een landwachter uit Erica, was. Een vader van negen kinderen. Uiteindelijk komt hij in contact met zijn andere kinderen en deze vertelden K. dat hij als twee druppels op zijn biologische vader lijkt. Zijn vader F. is in 1990 overleden en heeft na de oorlog negen jaar vastgezeten, onder andere in interneringskamp Westerbork. De moeder van K., op dit moment in slechte gezondheid, weet niets van de zoektocht af.
K. vertelt over hoe ontnuchterend het is om de dossiers in te zien. En dat de werkelijkheid anders is dan het mooie verhaal dat zijn ouders hem voorschotelden. Het feit dat hij wel begrip heeft voor zijn moeders situatie, maar het niet goed keurde verbitterde haar enigszins. Zijn moeder wil zich blijven vasthouden aan haar idealen. Toch blijft K. haar en zijn stiefvader loyaal. Zijn kinderen zijn op de hoogte van het oorlogsverleden van zijn ouders.

Andere interviews over NSB'ers in Westerbork