Interview met Aad J. Kouwenhoven, Reis van de razzia
Aad J. Kouwenhoven wilde aan de razzia ontsnappen door naar de Binnenhaven te...
Nadat de bevolking door de Duitsers gemaand was om op vrijdag thuis te blijven, kwamen er op zaterdagmiddag soldaten om de mannen op te halen. De straat was eerder over het hoofd gezien en een speciale ploeg soldaten kwam de straat doorzoeken. Jans moeder keek door het raam naar buiten en er werd op haar geschoten. De gaten in de muur zijn altijd blijven zitten. Via de remise van de RET en het Maasstation (Station Rotterdam Maas) kwam Jan bij het Feijenoordstadion aan, waar hij in een veewagen moest stappen. De wagen was zo vol dat de mannen alleen konden staan.
Er begon een tocht van drie dagen waarbij de trein langs Aken en Keulen reed tot uiteindelijk Gronau werd bereikt. Hier moest Jan meewerken aan het bouwen van loopgraven. Met twee maten besloten zij om te vluchten. Tijdens een luchtalarm kwamen zij in een schuilkelder terecht tussen de 'Hitlerjugend' wat het einde betekende van hun ontsnapping. De ploeg waartoe Jan behoorde, moest ook puin ruimen.
Na het terugslaan van de geallieerden bij het Ardennenoffensief werd de ploeg in Aken en Keulen ingezet om gesneuvelde Duitse soldaten te verzamelen. Toen de geallieerden weer oprukten, trokken de Duitsers zich terug, en met hen ook de ploeg van Jan Coomans.
In de chaos van de bombardementen werd Jan op een dag alleen wakker in het bos waarin hij was gaan slapen. Zijn ploeg was gevlucht. Hij kwam een politiepost tegen waar hij onderdak en eten kreeg in ruil voor werk. Bij een volgende aanval door de geallieerden en terugtrekking door de Duitsers is Jan gaan zwerven met twee andere mannen. Ze werden opgevangen door de Ondergrondse die hen de grens over hielp.
Zonder papieren is het hen gelukt om Rotterdam te bereiken, wat op dat moment nog door de Duitsers bezet was. De reis van Jan duurde vanaf de razzia tot de thuiskomst ongeveer vier maanden, Jan heeft in die periode in totaal vier keer geprobeerd te vluchten.
De razzia heeft Jan niet veranderd, vindt hij. Hij was altijd al snel emotioneel en zachtmoedig. Na de oorlog werd Jan opgeroepen voor dienst in Indië, waarvoor hij weigerde. Hij wilde geen onschuldige mensen kwaad aandoen.