menu

Interview met Pieter van den Brand, Reis van de razzia

Project:

Reis van de Razzia
Realisatie project:
Erik de Jager (Stichting Reis van de Razzia)
Tijdsbestek:
November 1944 - Juli 1945
Locatie:
Rotterdam; Nederland; Duitsland; Schiedam; Wezep; Groningen; Friesland
Meer projectdetails

U kunt hier naar fragmenten zoeken

Pieter van den Brand is op zeventienjarige leeftijd tijdens de razzia weggevoerd. Hij was ondergedoken bij een tante, maar omdat hij zijn moeder bij wilde staan, is hij toch opgepakt.

Per kolenaak en trein is hij vervoerd naar Duitsland. Daar is hij tewerkgesteld met andere dwangarbeiders en met Russische krijgsgevangenen in een fabriek of loods waar treinstellen werden gerepareerd. Later heeft hij nog gewerkt in een praktijkschool als toezichthouder op de leerlingen.

Hij is in het voorjaar gevlucht, ondanks dat hij van dichtbij heeft meegemaakt dat mensen werden gefusilleerd nadat zij geprobeerd hadden te ontsnappen.

Een ander bijzonder aspect is dat er ook Chinezen waren meegenomen tijdens de razzia. Meneer van den Brand spreekt over twee of drie Chinezen. Deze mannen waren al tijdens de heenreis gevlucht in Wezep.

De plaatselijke bevolking in zowel Duitsland als in Groningen en Friesland heeft hem na zijn vlucht eten en onderdak gegeven. Hij beschrijft de slechte hygiënische omstandigheden die hij heeft ervaren. Hij had last van luizen. Ook had hij erge honger en door het zware lichamelijke werk is zijn rug, naar eigen zeggen, 'verziekt'. Zijn houding ten opzichte van Duitsers is genuanceerd.

Andere interviews over Reis van de Razzia